zondag 30 juli 2017

Oorkwelling


Er gaan relaties aan kapot en na vannacht snap ik dat helemaal. Het structurele zagende snurkgeluid uit de tent twintig meter verderop houdt ons behoorlijk uit de slaap. Bij gebrek aan oordoppen en de tegenzin of gêne om de lawaaischopper tot stoppen te manen ondergaan onze oren het indringende geronk en vallen we uiteindelijk in slaap.

Ik schijn het – net als mijn partner – ook te doen. Als dat gebeurt is een corrigerende duw meestal afdoende. Het is nog nooit zo erg geweest dat één van ons moet verkassen naar een ander slaapvertrek. Gelukkig maar ook want dat is bij ons niet voor handen en het zou betekenen dat de bank in de woonkamer gebruikt moet worden om nog een beetje nachtrust te pakken. De partner van de snurker tegenover ons had blijkbaar geen last of is er inmiddels zo aan gewend dat hij of zij niet meer zonder kan en het geluid gebruikt als rustgevend middel om in slaap te komen.  Op den duur raak je natuurlijk ook gewend aan de lichaamsgeluiden van degene met wie je het bed deelt en kun je er voor kiezen om je daar niet aan te ergeren.  Ik schijn naast het snurken, regelmatig te draaien, te zuchten en te kreunen. Het tandenknarsen is inmiddels verleden tijd maar ook dat gebeurde tijdens mijn slaap. Er is dus nog hoop voor de overige vormen van nachtelijke lichaamstaal en wellicht komt het nog eens zo ver dat ik de nachten bewegingsloos en als een soort van mummie doorkom. Tot die tijd zal mijn partner het ermee moeten doen. Voor mijn andere slaapmaatjes, zoals vriendinnen, geldt, dat als ze het leuk vinden om een weekendje met mij op stap te gaan, mijn nachtelijke activiteiten op de koop toe moeten nemen.

De snurker op de camping is inmiddels ontwaakt. Het  blijkt niet alleen een aangelegenheid die voorbehouden is aan de nacht want ook vanochtend werd er vanuit de tent lustig op los geronkt. Gelukkig is het stralend weer en is het niet erg om vroeg uit de veren te gaan en ben ik hem of haar voor nu dankbaar voor de wake up call. Daar zal ik de komende nacht ongetwijfeld anders over denken.



vrijdag 28 juli 2017

Vermaak


Als het nummer 'YMCA' van The Village people uit de boxen schalt is de meneer van 70+ niet meer te houden. Hij doet zeker niet onder voor de kinderen op de dansvloer als hij zijn armen en benen de vrije loop laat.  

Animatie op de camping op een zwoele zomeravond waar je op het terras zwarte koffie met een dot spuitslagroom krijgt als je een cappuccino bestelt. De familie voor ons doet zich te goed aan een mega hamburger en de moeder van het gezin gaat helemaal los met de bijgeleverde patatjes die ze, voordat zij ze in haar mond stopt, minstens 10 keer in de mayonaise draait. 

Een gezellige drukte waar jong en oud, al dan niet verbrand door de zon, door elkaar heen sjouwt. Een mevrouw met een rode jurk, die een aantal keren door ons beeld loopt, wordt door mijn vriendin en mij bijgeschreven in het rijtje ‘leuke vrouw’, als we beiden tegelijkertijd tot die conclusie komen. Een klein meisje brengt vertedering als ze in haar piratenlook langs ons huppelt en we ons realiseren dat het wel heel erg lang geleden is dat ons eigen kroost die leeftijd had. 

Ondertussen wordt de dansende meneer door zijn vrouw gesommeerd om mee te komen naar hun caravan als zij besluit dat het genoeg geweest is voor vanavond. Zonder enige vorm van protest loopt hij als een mak schaap achter haar aan. Hij zal wel eens vaker met dit bijltje gehakt hebben, weten dat tegenstribbelen geen enkele zin heeft en averechts zal werken. Na dit tafereel besluiten wij dat het ook welletjes is en we prima zijn vermaakt. Daar hadden we dat animatieteam helemaal niet voor nodig overigens. 

 Village People Want To Know Y


dinsdag 25 juli 2017

Regenparels


“Flikker toch op met die regen.” We hebben zo juist de stoelen buiten gezet in de stille hoop dat het een tijdje droog blijft als het opnieuw begint te miezeren. Mijn vriendin, die met haar kinderen op een camping 500 meter verderop zit en langs kwam voor een bakkie, was nog aardig opgewekt maar zakt nu toch langzaam weg in de poel van chagerijnigheid. Haar directe taalgebruik, over de druppels van natte ellende en vooral dat die moeten stoppen, is haar onmiddellijk vergeven.

Omdat we weigeren in de tent te gaan zitten is de paraplu inmiddels ter hand genomen en hebben we uitzicht op een stel dat net is gearriveerd en bezig is hun caravan te installeren. De afstandsbediening voor het parkeren van het onderkomen is handig en de man van het echtpaar lijkt deze ook te hanteren voor het aansturen van zijn vrouw die met krom gebogen houding de boel in de caravan glad strijkt. De stevige stappers onder zijn te wijde kuitbroek, type outdoor,  kunnen er mee door en matchen prima met de rode Crocs van zijn echtgenote. 

De paraplu kan inmiddels weer af en hoewel we dromen over de warmte van de zon en vaststellen dat we niet voor de regen naar Frankrijk zijn gereden worden onze grenzen over het begrip ‘goed weer’ verlegd en zijn we allang tevreden als het een beetje droog is. Heel af en toe doet de zon haar best en als ik de paraplu net weer opgezet heb lijkt het droog te zijn wat bij mijn vriendin enthousiasmerend werkt waardoor ze zich serieus afvraagt of ik hem nu als parasol ga gebruiken. Positivisme met een tikkeltje ironie moet ons op de been houden en voordat het droog wordt zal het blijkbaar eerst nog natter moeten worden.

Eerder deze ochtend had ik via de sociale media contact met mijn moeder in Nederland, deed ik mijn beklag over de natte voortent en vroeg ik of het bij haar ook zo druilerig was. Ik  kreeg een uitgebreid verslag over de gevolgen van de barre weersomstandigheden in ons kikkerland. Het plafond  in haar gang was door de regen half gescheurd en de vloer stond blank. Ze had direct haar buurvrouw gebeld en samen hadden ze pannen en bakken geplaatst om de schade enigszins te beperken. Ze had behoorlijk de pest in dat ze de deur niet uit kon en probeerde zichzelf op te fleuren door zich te vergrijpen aan chocola. Dat hielp niet echt en tot overmaat van ramp brandden haar gehaktballen ook nog aan. Maar ze eindigde optimistisch door te melden dat háár voortent in ieder geval niet nat was.  Mijn lachspieren werden onmiddellijk geactiveerd door de gevatte humor die uit het stukje sprak en ik bedankte haar voor het doorbreken van mijn neerslachtige bui.  

Regen veroorzaakt over het algemeen veel gezeik maar werd en wordt ook gebruikt als inspiratiebron voor vele artiesten als Acda & de Munnik, Supertramp, Phil Collins en Guns N’ Roses die met hun liedjes een positieve draai proberen te geven aan het pijpenstelen gevoel. Ik heb besloten dat mijn moeder vanaf vandaag ook in dat rijtje thuishoort omdat ze met de inhoud van haar schrijven mij een zon op het gezicht bezorgde.



maandag 24 juli 2017

Campingleven


“Ik wou dat ik oordoppen had meegenomen en voor haar was een muilkorf perfect geweest." Het is de niets verhullende conclusie van mijn partner, op zoek naar een beetje rust. We liggen op het gras bij een meer in de Franse Jura. De groep Nederlanders die achter ons ligt vindt het nodig om alles wat er in de gedachten op komt direct en vooral met het hoogste volume te ventileren. Gehoorzaamheid wordt niet beloond want het kind  wat erbij is en het voorbeeld van haar moeder hierin volgt krijgt op haar falie. 

Na een autorit van ruim twaalf uur en een paar tussenstops op Franse parkeerplaatsen met penetrante urinedampen tussen de vrachtwagens en multiculturele zweetluchten in de rij voor het toilet kwamen we gisteren op de camping aan. In een benauwd weertype moesten we onze vermoeidheid nog even opzij zetten en werd de tent opgezet en ingericht. Ik overtrof mezelf door de tafel en prullenbak zonder enige instructie van derden en hulpvragen volledig zelfstandig te monteren. 

Kamperen is weer wennen. Hoewel ik al minstens zeventien keer over de scheerlijnen ben gestruikeld heb ik me tot nu toe steeds staande kunnen houden. Op de fiets naar het toiletgebouw, hangend boven de pot er achter komen dat het papier niet toereikend is en ervaren hoe het is naast iemand te zitten, die een grote boodschap brengt, zijn dingen die ik natuurlijk allemaal wel wist maar niet voor in mijn geheugen heb liggen. Bij het douchen vanochtend ging de kraan maar niet uit waardoor ik me met moeite, in een poging de straal te ontwijken,  in een hoekje tegen de deur moest afdrogen. De temperatuur en de kracht van het water waren overigens uitstekend wat de pijn volledig compenseerde. Kampeerders willen ‘back to basic’ want waarom zouden ze anders vrijwillig gaan staan afwassen in een teiltje in de buitenlucht en ’s ochtends uit hun tent rollen om met een slaaphoofd na toiletbezoek de camping af te struinen voor een stokbrood? Herkenning is er ook, als je een moeder haar puberende kinderen hoort aansporen en je weer weet dat je niet een roepende in de woestijn bent. Ik herinner me nog dat wij voor de eerste keer bij wijze van proef gingen kamperen en de overbuurvrouw mij fijntjes meldde, ik citeer :”Jullie jongens vechten elkaar de tent uit zeg”, waardoor ik mij heel even afvroeg waar het in de opvoeding fout was gegaan. Dit was echter van korte duur want ik trok de conclusie dat haar voorbeeldige kinderen tot de uitzonderingen van deze wereld behoorden. Tja, ook op de camping gaat het gewone gezinsleven gewoon door en moet je er rekening mee houden dat een tentdoek niet alle intieme lichaamsgeluiden tegenhoudt.  En net als je daar aan gewend bent is het weer tijd het onderkomen op te breken.
 
Deze vakantie zal er overigens in de tent weinig gevochten worden want we hebben maar één van de drie jongens mee en ook voor de twee thuisblijvers geldt dat ze de vechtfase inmiddels ontgroeid zijn. Hoogstens zal er een discussie ontstaan over wie de boodschappen gaat doen en wat er gegeten moet worden. In de tent hier op de camping zal het er ook vredig aan toe gaan. Die garantie kan ik niet geven voor buiten de tent als ik mijn dagelijkse gevecht met de scheerlijnen aan ga. 

 

woensdag 19 juli 2017

Wakker dier


"Hij wil alleen maar even aandacht", zegt de oudere dame als haar aangelijnde hondje naar mij toe komt lopen. Het grijzige beestje kwispelt enthousiast met zijn staartje en ik betrap mij zelf op een volledige overgave van onverwachte vertedering. De donkere oogjes vinden hoopvol de mijne terwijl ik iets door de knieën ga en het kopje met mijn handen aai. Het krullende haar voelt zacht aan en als ik zeg dat ik het een schatje vind zegt ze lachend: “Hij wil altijd eventjes spelen en ik ben er even uit.” 

Als ik verder loop naar de bushalte ben ik toch een tikkeltje uit balans. Want normaal gesproken heb ik het niet op honden. Dat komt omdat ik ze vaak onvoorspelbaar vind als ze ongevraagd op me af komen rennen en me bespringen. De baasjes die ze los laten lopen en niet snappen dat niet iedereen gecharmeerd is van hun huisdier bezorgen mij vaak een gevoel van irritatie wat ik vrijwel onmiddellijk,  zowel verbaal als non-verbaal, probleemloos ventileer.  Andersom heb ik er ook geen moeite mee mijn waardering te uiten als de baasjes hun hondjes op een manier aansturen waaruit blijkt dat zij respect hebben voor de medemens die niet houdt van loslopende honden.  Zo iemand kwam ik regelmatig tegen tijdens mijn wekelijkse zondagochtendloopje.  Hij had altijd twee hondjes bij zich. Als hij mij in het vizier kreeg sprak hij ze rustig en vriendelijk toe waarop ze vrijwel direct langs de kant van de weg door hun pootjes zakten. Waarschijnlijk wist hij ook dat zijn hondjes niet agressief naar mij toe zouden komen rennen. Toch spoorde hij ze aan om te gaan zitten, wat een dikke duim omhoog verdiende.  Maar doorslaan,  door ze te vertroetelen zoals ik vanmorgen deed bij het hondje van de mevrouw,  is een kant van mij die tot nog toe verborgen was.

Soms is het mooi als een slapende hond wakker wordt gemaakt.