vrijdag 4 november 2016

Gestuntel

Als ik de kruising nader zie ik de bus al staan. Met het risico op een verzwikte enkel zet ik het op een hollen. De chauffeur heeft de deur nog open. Hij kijkt niet echt blij als ik het trapje op loop en er kan maar nauwelijks een goedemorgen af. Als ik door het gangpad loop begint hij te rijden. De vloer is blijkbaar vochtig want het scheelt bar weinig of ik lig op mijn bakkes. Ik kan me nog net aan een paal vastgrijpen waardoor de redding kan worden ingezet. Door de onhandige beweging schiet het me wel ongenadig in mijn nek en schouder. De landing vindt plaats op de eerste de beste stoel die maar voorhanden is waardoor ik achteruit kom te rijden. Niet mijn favoriete zitstandje maar ik vertik het om een betere plek te zoeken met het gevolg dat ik recht in de schaapachtige ogen - allen op mij gericht - van mijn medepassagiers zit te staren. Geen enkele compassie, meer iets van plaatsvervangende schaamte. Met de tanden op mijn onderlip pak ik mijn telefoon en zucht eens diep. Deze kneus gaat even het nieuws van de dag checken.
Bij het uitstappen 'vergeet' ik voor het gemak om de bestuurder te groeten, laat staan hem te bedanken. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten