dinsdag 31 december 2019

You can't always get what you want

De laatste dag van 2019. Ik kwam mezelf opnieuw tegen dit jaar. Een moment van reflectie.

Lastige patronen die een mens, dus ook mij, elke keer weer parten spelen. In mijn geval is dat te veel verantwoordelijkheid nemen, denken iets op te moeten lossen terwijl ik dat niet kan, zeker niet alleen. Steeds alert zijn. Alles goed willen doen, het liefst vandaag nog. Het is mijn kracht maar ook mijn valkuil.

Maar ook teveel betrokken raken bij (de sores van) anderen. Anderen van wie je houdt, of in jouw leven langskomen. 

Of teveel verwachten van anderen, dat nooit kunnen ontvangen en daar kribbig over zijn. En in combinatie met de andere dagelijkse dingen, die gewoon moeten gebeuren, kan dat net iets teveel worden. Chagrijnig, boos, uitgeput, verdrietig en opgefokt.

Het zijn patronen waar ik me steeds meer van bewust ben.

Maar dan....

Er mee leren omgaan, loslaten wat niet van jou is. Een prachtig cliché. We weten het vaak wel. Vooral voor een ander. Maar ik ben ik. En ik moet het doen. Daar zit echt wat in. Ik bedoel: om daar nu zelf eens serieus een begin mee te maken.

En de kunst is om daarmee de lat eens niet te hoog te leggen. De tijd daarvoor te nemen. Als een proces, met vallen en opstaan. Steeds een beetje sterker worden. Zonder perfect te hoeven zijn.

Mijn moeder zei het vroeger al: Je doet wat je kunt, meer kun je niet. Een rustgevende gedachte. Met daarbij de onmisbare support van degene die het dichtst bij me staat.

You can't always get what you want. Mick Jagger zingt het op nummer 292 van de Top 2000. Soms doet dat pijn maar het is ook een wijsheid die relativeert.

Dat kan ik. Gelukkig steeds beter. 







maandag 23 december 2019

Bij mijn moeder in Zuidlaren

Ik steek de sleutel in het slot. Via de gang neem ik links de deur naar de woonkamer. Ze zit niet in de stoel. Bij de haard ligt haar verzameling boeken, de krant, haar IPad en haar telefoon. Ik kijk om het hoekje in de achterkamer. Niemand te zien. Ik loop terug naar de gang en ga voor de deur van het toilet staan. „Zit je hier?” roep ik. Geen reactie. Ik loop naar de slaapkamer en werp een blik in de badkamer. Niks te zien. Ook de keuken is leeg.

Dan maar even de trap op naar boven. Ik check de kamers. Geen teken van leven. Vreemd, haar auto staat er wel. Misschien is ze even aan de wandel? Maar ik ken mijn moeder. Met dit schijtweer gaat ze niet naar buiten als het niet hoeft.

Ik loop weer naar beneden. Halverwege de trap zie ik twee donkerblauwe laarsjes onder een hippe broek. Stokstijf als een standbeeld. Als ik verder loop kijken we elkaar recht in de ogen. Ik begin te lachen. „Ik hoorde gestommel en dacht: ’wat zullen we nou beleven' ”, zegt ze. „Waar zat je?” vraag ik. „Ik zat op de wc in de badkamer.” Daar had ik gekeken maar blijkbaar niet goed genoeg. „Nou, wat doen we voor leuks? Wil je thee?”, gaat ze verder.
We lopen even naar de slaapkamer. Dat je mij niet zag."

„Ik heb nog steeds last van mijn kuit”, vertel ik. Ze pakt een tube smeersel uit de la en zegt: „Dit smeer ik op mijn knie. Baat het niet, het doucht ook niet. Probeer het maar een tijdje.” Ik ga op haar bed zitten. Met mijn broek op de enkels wrijf ik de koele gel over mijn pijnlijke kuit. „Dat moet je hier niet doen”, zegt ze. „Waar moet ik het dan wel doen?” vraag ik. „Nou, in de kamer, daar is het warm”, grinnikt ze.

Even later zitten we aan de thee. Haar Instagramaccount moet opnieuw op haar IPad worden geactiveerd. Met een qr- code. Maar dan moet eerst Whatsapp worden geopend op haar telefoon.  Dan naar Instellingen en via Whatsapp Web de code scannen. Zoals altijd zegt ze: „Ik ben te oud voor die ongein.” Zoals altijd bestrijd ik dat. Ze was al een heel eind. Alleen het laatste stapje maakte ik af.


Ze laat me een boek over onderduikverhalen zien en zegt: „Deze moet Maarten (mijn oudste zoon) ook eens lezen, ik zal het met Kerst tegen hem zeggen.” Ik vertel over de autobiografie ‘Uit het Zuiden’ van Carine Crutzen. Ik hoorde er over op de radio, op weg hier naartoe. Een verhaal over haar besef wees te zijn en welke herinneringen dit uit haar jeugd oproept. „Ik heb nog een boekenbon liggen, zullen we even bij Bruna kijken?”, stelt ze voor. Onder de paraplu lopen we richting de winkel. We staan even stil bij de kranten in het rek. „Oh, hier ligt nog een Dagblad met Dokter Denker. Die is (mijn) Peter gisteren vergeten te kopen”, zeg ik. „Je kunt die van mij wel meekrijgen”, reageert mijn moeder, terwijl ze over de drempel loopt. Maar dat vind ik niet zo’n goed idee. 

Met het Dagblad, het boek van Crutzen en een boek over Ede Staal lopen we richting de HEMA. Mijn moeder wil graag warme handschoenen want ze heeft altijd koude handen. Ze koopt een paar zwarte. Ze lijken een beetje op die van mij. Ze doet ze direct aan. Na een broodje bij Bakker Feenstra gaan we weer naar huis. „Wat is het hier altijd lekker warm”, zeg ik als ik de kamer binnenstap. We kijken de aflevering van Zembla terug. Over de dubieuze kunstverkoop van de Oranjes. Na de uitzending klapt ze haar IPad dicht. „Dat ze zich niet schamen.", zegt ze.  

Ik wil nog even naar de winkel voor een paar boodschappen. Samen rijden we naar de gloednieuwe mega AH op het voormalige terrein van de Prins Berhardhoeve. Een lange zoektocht in de winkel levert uiteindelijk bijna alles op wat ik moet hebben.

„Eigenlijk is er niks aan die grote winkels”, zegt ze als we de auto weer opzoeken. Ik zet haar af op 10 meter lopen van haar huis. „De groetjes aan iedereen”, hoor ik haar nog zeggen als ze uitstapt. In de regen rijd ik naar Leek.

’s Avonds krijg ik een berichtje van haar op mijn telefoon: ‘Je hebt je handschoenen en die tube zalf op tafel laten liggen’. Tja. Dat zal ik wel gedaan hebben toen ik van de chocola snaaide. Dat staat altijd zo uitnodigend op tafel en als je ervan eet vergeet je de rest. In gedachten zie ik haar blik waarin te lezen is dat ik altijd wel iets vergeet. En ik moet erom lachen. 

                                                     
 

zondag 20 oktober 2019

Parfum tot in Tokio

„Kun jij eens een stukje schrijven over parfumwolken tijdens het hardlopen?” , zucht collega Elly als ze mijn kantoor binnenkomt. De verrijdbare kruk is gewillig. Ze ploft neer en nestelt zich naast me. 

„Input voor een column, altijd leuk!” grijns ik. „Dus vertel!” „Nou, dan ben je aan het hardlopen en dan heb je al moeite met ademen en dan komt zo'n zeventigplus-parfum-mevrouw de broodnodige lucht vervuilen. En altijd van die goedkope. Ik verdenk die types er ook nog van dat ze hun incontinentie ermee willen verbloemen. Niet normaal. Zo'n lucht van hier tot Tokio.” 

„Zo, en nu ga ik weer wat doen.” Ze pielt nog even aan de pannenkoekplant op het bureau van mijn collega en weg is ze. 

Elly loopt drie keer per week hard. Ooit deed ik dat ook toen ik haar leeftijd had. Ze heeft net als ik een zoon die Maarten heet en groeide op in Leek. Nog voordat ik daar terecht kwam was zij al richting stad vertrokken om te gaan studeren.  

Maar toch: Leeksters onder elkaar, ons kent ons, ouwe jongens krentenbrood en meer van dat soort clichés.

Mocht ik ooit weer eens een rondje langs de Tolbertvaart rennen dan prijs ik mij gelukkig. Want parfumluchten zijn daar niet. Daarvoor moet je echt in Groningen zijn. Of in Tokio. 

Ik lees net op internet dat pannenkoekplanten de lucht zuiveren. Wellicht een ideetje voor Elly. 









woensdag 2 oktober 2019

Ineke kereltje


Ik bouwde vroeger hutten van planken en  spijkers. Ik droeg altijd rubberen laarzen als ik buiten speelde. Mijn vader noemde mij 'Ineke kereltje' als ik weer eens thuis kwam met modder aan de handen.

Ik wist niet wat genderneutraal was maar ik koos per definitie niet voor het zogenaamde meisjesspeelgoed. In ieder geval speelde ik nooit met poppen, barbies vond ik saai en kralen rijgen was niet aan mij besteed. Over haken en breien maar te zwijgen. Door mijn zweethanden werd het breilapje tijdens de handwerkles zo stijf als cement. Het was zo erg dat mijn moeder het weer gladjes moest breien.

Ik denk dat genen een grote rol spelen bij voorkeur, ook in het bepalen van de voorkeur voor speelgoed. En als iedereen die keuze nou eens overlaat aan het kind zelf en daar verder geen oordeel over heeft is er weinig aan de hand. Welk kind gaat er met auto's spelen als het daar niets mee heeft? Welk kind wil roze dragen als het die kleur haat? Het gaat mis als de ouders die keuze voor het kind gaan maken of die keuzes afremmen. Als een jongen een vervelend lachje van zijn vader krijgt als hij met een barbie wil spelen. Of dat een moeder verdrietig is als haar dochter niet van glitters houdt.

Volgens minister van Engelshoven moet het rolbevestigende element van het speelgoed verdwijnen. Prima als de rolbevestiging wordt doorbroken maar dan bij de volwassenen zelf. Dus uitgaan van de voorkeur van het kind en niet gaan bepalen wat wel en niet kan. Dan is er niks mis met een jongen die wil timmeren en een meisje dat wil tutten. Of een meisje met een bouwhelm en een jongen met een prinsessenjurk. Uiteindelijk gaan die opgelegde normen toch niet werken en worstelt het kind zich vanzelf los. Maar nog mooier is het als dat gevecht helemaal niet nodig is.

Overigens vond ik de benaming van 'Ineke kereltje' een groot compliment. Geen blauwe plekken aan overgehouden dus. 😀








donderdag 26 september 2019

De oude bril

Ik stap in de bus. Het gangpad staat vol met schooljeugd. Er zit geen beweging in de rij zodat ik dicht op de chauffeur moet gaan staan. De vrouw die na mij  instapt neemt plaats voor mij. „Iedereen blijft staan, die scholieren zijn niet goed opgevoed", mompelt ze voor zich uit.

Ik staar naar buiten en vraag me af of het waar is wat ze zegt. Kun je die conclusie trekken op basis van wat je hier ziet? Of is deze jeugd gewoon niet zo bezig met anderen en denkt deze jeugd er nu niet aan om naar achteren te lopen? Neemt het egocentrisme met het verstrijken van de jaren toe? Net als schofterigheid, geweld tegen hulpverleners en onverschilligheid? Kijkt de oudere generatie sowieso met een oude bril naar de jeugd en kun je de tijd die geweest is wel vergelijken met nu? „Vroeger hadden we respect voor de politie, nu kunnen ze een grote bek krijgen'', hoorde ik vandaag nog. Wellicht is dat zo maar vroeger kreeg je veel minder mee van wat er op straat gebeurde. Tegenwoordig wordt alles breed uitgemeten in de media en iedereen kan, dankzij het digitale tijdperk, daar direct een mening over spuien, De mondigheid is vast toegenomen maar dat is uiteraard iets anders dan verbaal geweld.

Ik ontsnap er uiteraard zelf ook niet aan. Want ook ik kijk met mijn 50 plus bril naar zaken van nu, naar nieuwe ontwikkelingen en vanuit mijn soms verouderde normen en waarden. Ik frons bijvoorbeeld wel eens als ik foto's of filmpjes van jongeren op sociale media voorbij zie komen waarvan ik me afvraag of ze te prikkelend zijn of toch prima kunnen. Misschien is dat de bekende generatiekloof en kun je niet spreken over goed of fout. De jeugd communiceert anders dan dat wij dat deden en heeft niet iedere generatie het recht, met uitzondering van geweld en asociaal gedrag, op eigen gewoontes? Dat proces is constant in ontwikkeling. Door nieuwe inzichten verruimt je blik en de jongere generatie zit daar midden in.

Over verruimen van die blik gesproken. Net nog stond ik te mopperen op de lettertjes op de pizza verpakking. Die worden steeds kleiner naarmate ik ouder word. Zal ook wel een generatieding zijn. Of toch tijd voor een nieuwe bril. 🤓



.
.


zondag 1 september 2019

De zomer begint pas


Begin september en de eerste kerstmarkt aankondiging op social media is een feit. Ik voel een licht verzet opborrelen. Gisteren was het nog zomer met dertig graden, nu worden we al weer richting december geduwd.

De pepernoten in de supermarkt negeer ik al een maand en ik doe nog regelmatig een poging om even in gedachten terug te gaan naar de vakantie op Corfu. Maar die lijkt mijlenver weg en het vakantiegevoel idem dito. Hoe krampachtig ik me ook wil vastklampen aan de zomerperiode, op een gegeven moment moet ik toch loslaten. En dat gebeurt ook zeker als de herfst zich aandient en het vechten tegen de zomermodus een zinloze strijd wordt. Maar de periode tussen het einde van de mooie dagen en de echte kale periode ervaar ik toch als een soort niemandsland. Een onbestemd gevoel en niet helemaal weten wat ik ermee aan moet. Als het dan eenmaal zo ver is kan ik me gelukkig overgegeven aan de warme kleren periode. Tot die tijd blijft het spartelen.

Kerst is leuk maar ik wil er begin september nog niet mee geconfronteerd worden. Bij de dag leven dan maar en mijn kop in het zand tot in ieder geval begin december. En alle kerstmedia tot die tijd skippen. Zaten we begin november vorig jaar niet in een korte broek? De zomer begint pas. 🌞




maandag 26 augustus 2019

Vriendschap en cafetaria's


Fietsen door de weilanden langs het Leekstermeer. De boeren zijn aan het hooien en de bootjes glijden door het water. De strontlucht in mijn neusgaten voert mij naar mijn kindertijd op het platteland. Ik krijg zin om een strootje tussen mijn tanden te nemen en mijn rubberlaarzen aan te doen.

De zon brandt op mijn huid. In de verte zie ik een kudde paarden die in hoog tempo over het gras rent. De lucht is alleen maar blauw en de witte zeilen op het meer steken daar prachtig tegen af.

De vrijheid die ik voel, als een kind dat de hele dag met zand en water speelt, maakt mij blij. Straks zie ik mijn vriendin die ik al bijna 45 jaar ken. Zij is mijn geschiedenis en ik realiseer mij hoe bijzonder het is dat wij elkaar nog steeds kunnen vinden en inspireren. Dat we kunnen lachen tot we tranen hebben en dat er niets tussen ons in staat. Ik neurie een liedje en probeer dit moment vast te houden.

De middag verloopt volgens verwachting. We treffen elkaar bij Paviljoen Pool bij Matsloot. Met onze voeten in het water voelen we ons als tieners bij het Schildmeer, waar we vroeger zwommen en mee mochten varen op de zeilboot van mijn oom.

Hoe goed we elkaar ook denken te kennen, toch is er iets wat we nog niet van elkaar wisten. Dat we ons beiden schamen als we in een cafetaria staan en onze bestelling doorgeven. Dat die mensen achter de toonbank er wel schande van zullen spreken. Dat we aangezien worden voor ongezond en nonchalant omdat we weer eens geen zin hebben om een fatsoenlijke maaltijd te maken. Dat dus.

In ieder geval zal een bezoekje aan de cafetaria nooit meer hetzelfde zijn. Van nu af aan is het gedeelde smart. Eén van de mooiste kernwaarden van een jarenlange vriendschap.



vrijdag 12 juli 2019

Een schier dagje


Sinds gisteren weet ik waar de naam Schiermonnikoog vandaan komt. Schier is grijs(van de grijze pijen) , oog is eiland. In de Middeleeuwen waren er veel monniken op het eiland, die een paar eeuwen later door protestantse fanaten werden weggebonsjourd. Maar blijkbaar is de monnikengeest sterk want sinds dit jaar zijn er weer monniken op Schier die hun intrek hebben genomen in de voormalige herberg Rijsbergen, nu Klooster Schiermonnikoog.

Gisteren werd ik samen met oud-collega's en nieuwe aanwas door een eilander langs de mooiste plekjes van het eiland gevoerd. Over kleine huisjes en lange tuinen. Hoewel het eiland bij Friesland hoort wordt er geen Fries gesproken. Het is het enige Nationale park in Nederland waar geen hekken om heen staan. De natuur gaat hier zoveel mogelijk haar eigen gang.

De hele dag was het weer ons goed gezind. Alleen tijdens het laatste ritje naar de boot werden we overvallen door een plensbui waardoor we als verzopen katjes aan boord wandelden. Maar dat mocht de eilandpret niet drukken. Met een schat aan nieuwe kennis en een waardevolle herinnering gingen we richting het vaste land.

Het feestje was nog niet voorbij. Op Fraeylemaborg in Slochteren stond een voortreffelijk buffet voor ons klaar. Tijdens dit gezellige samenzijn werd collega Jose in het zonnetje gezet met mooie woorden en een prachtig samengesteld boek door haar collega's. Al eerder werd haar een weekendje weg aangeboden. Na 33 jaar trouwe dienst bij het bedrijf geniet ze nu inmiddels een paar weken van haar welverdiende pensioen. Ook scheidend collega Margreet kreeg een mooie toespraak, een theaterbon en een verjaardagskalender met foto's van collega's als mooie herinnering. Zij maakte de switch van secretaresse/webredacteur naar verpleegkundige.

Er waren ook mooie woorden voor mij. Na 12 jaar verliet ik dit schip. De nieuwe stap voelt goed maar ik kijk met plezier terug naar mijn ELANN tijd. Deze dag met oud-collega's maar ook met de reeds nieuw aangetrokken mensen was fantastisch en een prachtige afsluiting van een tijdperk. Ook ik kreeg een fotokalender,  een welnessbon en nog een paar persoonlijke cadeautjes. Geweldig!

Ik bedank al mijn lieve collega's voor een mooie en leerzame tijd. Ik zal de gezelligheid missen en kom zeker nog eens langs op het nieuwe pand aan de Paterswoldseweg.

Deze dag is er één om in te lijsten❤️


dinsdag 9 juli 2019

Genieten als bevel


Genieten. Dat moeten we doen. Geniet ervan! Geniet! Lekker genieten! Pluk de dag!

Het kan zo maar de laatste dag zijn. Dus moet je zoveel mogelijk genieten wordt er gezegd. Maar hoe doe je dat op commando? En is je stemming om te slaan door te pas en te onpas de genietmodus aan te zetten?

Momenteel hoor ik in mijn omgeving veel ellende door ziekte of andere gezondheidsproblemen. Natuurlijk mag je dan blij of opgelucht zijn dat jij dan wel gezond bent. Maar om die reden genieten is nog weer een station verder. Want hoe kun jij genieten als er mensen in jouw kring vechten om hun leven of weten dat ze niet lang meer hebben? Juist dan wil je misschien verdrietig zijn omdat de mensen om wie je geeft dat ook zijn. En sta je stil bij de pijn van een ander en dat iedereen dit kan overkomen.

Helaas hoort verdriet en pijn bij het leven. Het overkomt je en je zult er mee moeten dealen. En ook blijdschap en geluk horen daarbij. Ook dat overkomt je, net als pijn en sores. Dus geniet je soms met volle teugen of huil je tot je tranen op zijn.

We zijn dus blij of verdrietig met alle nuances die daar tussenin zitten. Afhankelijk van de omstandigheden en stemming van het moment. En dat kan nooit op commando.





zaterdag 6 juli 2019

Snot in een kneiterhete zon


Vandaag begint de Tour de France. Slaperige beelden van renners die op eenzame hoogte naar hun doel werken. Dat is hoe ik het mij herinner van vroeger. Geen etappe werd gemist door mijn broer Dickjan die dus ook uren lang voor de buis hing. Als we op vakantie waren en er geen tv voor handen was, was er gelukkig de transistoradio die op schoot lag. De storingen op de zender werden verholpen door af en toe de antenne zo te draaien dat het commentaar toch nog een beetje fatsoenlijk doorkwam. Een dagtaak op zich.

Hoewel ik niks met wielrennen in het algemeen en de Tour in het bijzonder heb hadden die vakanties toch ook iets gezelligs en vertrouwds. Het hoorde er gewoon bij, een vanzelfsprekendheid, je wist niet beter en doping was nog geen issue.

Wat er nou precies leuk aan is weet ik niet. Je zit toch de meeste tijd tegen zwoegende renners, die constant dezelfde beweging maken, aan te kijken. Maar misschien is het juist dat. Van alle sporten is deze toch wel één van de zwaarste. Alles geven en helemaal stuk gaan tot het snot uit de neus loopt. Weinig ruimte voor kapsones in de kneiterhete zon. 

Maar of dit inzicht mij vanmiddag voor de buis krijgt? 

donderdag 27 juni 2019

Terroristen in de bus

Ik sta bij de bushalte in de Groningse wijk Vinkhuizen. Ik zie mijn bus aankomen en ik sta op. Er fietsen twee jongens langs. 'Je moet niet in die bus stappen, er zitten terroristen in', roept één van hen.

Ietwat verbaasd stap ik in de bus en neem plaats. Ik kijk eens in het rond. Ik zie niks verdachts. Maar ik weet ook niet waar ik op zou moeten letten. Hoe ziet een terrorist eruit? Met een lange baard? Maar als de persoon een vrouw is gaat die vlieger al niet meer op. Bovendien, als je een aanslag wilt plegen moet je juist niet opvallen lijkt mij.

De busreis verloopt rustig. Geen incidenten op deze snikhete dag. Eén ding vraag ik me af. Wat bezielde deze jongen om iets dergelijks naar mij te roepen? 
Ik hou het maar op een zonnesteek.

Als deze fietster zich in het verhaal herkent mag hij zich melden. Misschien heeft hij een goed verhaal. 

dinsdag 25 juni 2019

Plak... euh klapnachten

Hitte in Nederland. Dat betekent weinig verschil tussen de dag en nacht temperatuur. We drijven 's nachts ons bed uit. We zijn in de weer met het laken dat met regelmaat van het zweterige lijf gaat en er na afkoeling weer overheen wordt getrokken. En dan de neefjes die zorgen voor een slechte sfeer op de slaapkamer. Als je niet oppast drijven ze ook nog een wig tussen bedgenoten.

Gisteravond hoorde ik zo'n kreng neurotisch rond mijn hoofd zoemen. Met mijn hand in de lucht diende ik hem van repliek. Het beest liet zich niet wegjagen en kwam terug. Ik bleef roerloos liggen om de marteling te ondergaan:'Prik me maar en zout daarna op' . Ik hoorde even niks. Totdat de mug manlief had bereikt. 'Gatver, een kutmug!' klonk het naast me en het licht ging aan. Het beest was in geen velden of wegen te bekennen. Uiteraard. Het licht ging weer uit en weer aan. Een grote klap en bloed op het behang.

Ik denk dat het mijn schuld was. Ik had de ramen wagenwijd opengezet. Alsof je inbrekers uitnodigt wanneer je vergeet de deur op slot te doen. Dat werk.

De komende nacht is het weer warm. En weer wil ik die ramen open. Ik vrees dat we vanavond voor het slapen gaan een fittie hebben.

zaterdag 22 juni 2019

Lekker jezelf!


Wees jezelf! Hoe vaak hoor je dat niet? Of nog erger : Lekker jezelf zijn. Hoezo lekker? Een mens is toch altijd zichzelf? Tenzij iemand last heeft van een meervoudige persoonlijkheidsstoornis, zal een mens het toch vooral met zichzelf moeten doen.

Waar komt de aanmoediging om vooral lekker jezelf te moeten zijn dan vandaan? En wie bepaalt eigenlijk wanneer iemand lekker zichzelf is of niet? Als een bepaald gedrag niet bevalt wordt er al vaak geroepen dat iemand zich anders voordoet dan dat hij is.

Je anders voordoen dan je in werkelijkheid bent. Een wolf in schaapskleren bijvoorbeeld. Dat kan uiteraard. Toneelspelen of je ware aard niet altijd laten zien. Maar ook dat is een onderdeel van de persoonlijkheid van een mens en maakt iemand tot wat hij is. De meeste mensen hebben meedere kanten, een harde, een zachte, een arrogante of een onderdanige afhankelijk van de stemming of omstandigheden van dat moment. En dit rijtje is nog in vele mogelijke variaties aan te vullen.

Toch zijn er ook de zogenaamde 'what you see is what you get' mensen. Persoonlijk is dat mijn favoriete mensoort. Je weet altijd wat je krijgt. No nonsene, voorspelbaar en gelijkmatig. Geen dubbele agenda en transparant. Lekker!