Als jij groter als mij wordt dan ben ik dus kleiner als
jou. Als ik steeds kleiner word als jij is er verschil tussen jij en
mij. Maar hoe groot je ook wordt, groter als groot kun je niet worden. Als ik weer groter als jou word, heb ik meer centimeters als jou en ben jij dus kleiner als mij.
Verschil moet er zijn maar niet in jou en mij als in groter of kleiner. Dat zeiden hun tegen mij. En hun hebben gelijk, want groot of klein doet er niet toe. Groots worden in gebaar en in daad is belangrijker als verschillen in lengte. Meer als belangrijk als dat een doel op zich wordt. Een stukje beleving als dat het verschil gaat maken. Want als je nou groot of klein bent, in het geval van die grootsheid ben je dan altijd groot, ook al ben je kleiner als mij. Mij zal je dan niet meer horen over groter of kleiner als jou.
De hardnekkige strijd tussen jij of jou, mij en ik, dan of als, hun of zij, hullie of zullie, hunnie of hennie. Me taal is me alles en ik zal er meestal iets van zeggen als het verkeerd gebruikt wordt. Ik begrijp het natuurlijk wel als men vergeet hoe het zit met als mij, dan mij en dan ik. Vergeten (en kwijtraken) is voor mij namelijk ook een tweede natuur geworden. Misschien wel meer als dat taalding van hun.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten